Ratten

Het woord ‘ratten’ roept bij de meeste mensen een bepaalde emotie op. We vinden ze of eng, of leuk, of vies en we zijn er bang voor, daarentegen hebben sommigen de rat als huisdier. Met andere woorden, we vinden iets van de rat .

Ook op ons complex komen ratten voor. We hebben het dan over de bruine rat, een intelligent dier, dat door zijn aanpassingsvermogen bijna op de hele wereld voorkomt.

Hoewel we ze op ons complex regelmatig zien is er geen sprake van een plaag, maar veel tuinders hebben een hekel aan dit beest en willen dit beest bestrijden.

Op de vraag van een van onze tuinders of het nog verantwoord is om vogels te voeren, met het risico een rattenplaag te organiseren, hebben we als bestuur het volgende besloten:

Ratten horen tot de natuurlijke habitat. Het bestuur wil het gebruik van rattenklemmen verbieden. Daarnaast is het bestuur van mening dat het voeren van vogels is toegestaan, als dit maar niet op de grond of in het water gebeurt. We moeten de ratten niet lokken, dus we moeten hen bij voorkeur geen speel- en eetgelegenheid bieden. Advies: ruim de tuin op, laat geen etenswaar of rommel waarin ratten zich senang voelen op de tuin achter, voer niet op de grond of in de sloot, maar in een vogelhuisje.

De achterliggende gedachte is, dat we de populatie ratten niet groot willen maken, maar leed bij deze dieren willen voorkomen. Als ze in een val terecht komen gebeurt het vaak dat de rat niet dood is maar wel veel pijn lijdt. Daarnaast zijn katten en andere dieren soms het slachtoffer van een rattenklemmen. Dus: preventie is het toverwoord. Zorg ervoor dat de tuin geen speelplaats is voor deze beesten en geef ze geen voedsel (laat geen rijp fruit onder de bomen liggen, ruim maiskolven en dergelijke meteen op en voer de vogels in een vogelhuisje, maar niet op de grond of in het water) Samen kunnen we een plaag en dierenleed voorkomen, maar het vraagt discipline.

We rekenen op jullie en spreek gerust je buurman/-vrouw aan als je vindt dat hij/zij zich niet aan bovenstaande regels houdt.

Als je een rattenplaag vermoedt of constateert, meld het dan zo snel mogelijk aan het bestuur!
Veenmol

Een wat? U komt er geheid een tegen op de tuin; een soort van schrikbarend insect waar iedere tuinder een hekel aan lijkt te hebben. En niet onterecht. Ze lijken op een krekel met klauwen, scharen, zijn tot 5 cm groot, graven gangen en knagen aan wortels. Dat doen ze zodat het zonlicht niet door de planten wordt weggevangen wat weer nodig is voor de larven.

In België staan ze op op de bedreigde dieren soort, maar in Nederland niet meer. Maar we zullen er altijd een haat liefde verhouding mee hebben.

Wanneer u de veenmol een plekje in uw moestuin gunt of probeert om op diervriendelijke wijze de veenmol op afstand te houden zijn hieronder een paar tips:

  1. Gebruik nooit verlopen olie, slakkenkorrels of insecticiden tegen de veenmol; bedenk dat de veenmol ook schadelijke insecten opruimt. Bovendien doodt het gif ook nuttige insecten.
  2. Planten van peen (wortels) lokt veenmollen, omdat zij hieronder graag een nest bouwen. Daar waar de nesten zich bevinden kleurt het loof geel. De veenmol houdt net als de meeste tuinders van 'zwarte grond'; de plek wordt door de veenmol kaal gewied doordat het de stengel of wortels doorknaagt.
  3. Breng tegen de winter hoopjes broeimest of compost aan; hieronder overwinteren de veenmollen in de grond.
  4. Breng een tijdelijke beschoeiing van planken aan rond plantbedden: minimaal 20 cm. diep of plant het plantgoed in afzonderlijke plastic potjes zonder bodem.
  5. In geval van een grote populatie veenmollen en veel schade kan het insectenparasitaire aaltje Steinernema carpocapse als biologische bestrijding worden ingezet.
  6. Een andere mogelijkheid is om in de ritten bloempotjes of plastic bekers tot de rand in te graven. De veenmollen vallen hier in en kunnen de potjes niet meer verlaten. Wel elke ochtend controleren.